A&O fonds Gemeenten bestaat 30 jaar. Ter gelegenheid daarvan nemen de vier A&O fondsen voor gemeenten, provincies, waterschappen en het rijk de tijd om te reflecteren op de uitdagingen nu en in de toekomst. Dromen worden uitgewisseld en visies gedeeld. Er is veel verwantschap tussen de verschillende overheidslagen. Maar er zijn ook verschillen.
Op dit moment is de krapte op de arbeidsmarkt de grote uitdaging bij alle achterbannen. ‘De oplossing begint bij goed werkgeverschap, daarmee bedien je de bevlogen, nieuwsgierige ambtenaar,’ vindt Bart de Zwart. Hij is fondsmanager van A&O fonds Waterschappen. Daar is de directeur van A&O fonds Provincies, Maurice Tramper, het mee eens. ‘De grootste ergernis van jonge ambtenaren is dat ze zich moeten schikken in vaste stramienen. Trage werkprocessen belemmeren hun werkgeluk. Om mensen te behouden moet je een aantrekkelijke werkgever zijn.’ Liselotte Struijs, fondsmanager A+O fonds Rijk, stelt scherp: ‘Mensen lopen vast in de bureaucratie van overheidsorganisaties. Er is nog heel wat te winnen. Een aantrekkelijke werkgever geeft medewerkers autonomie en het gevoel dat ze gehoord worden.’ De Zwart werpt de vraag op welke werkzaamheden – in tijden van krapte – prioriteit moeten krijgen. ‘Waar willen we het weinige personeel dat we hebben voor inzetten?’ Karin Sleeking, directeur van A&O fonds Gemeenten, heeft dezelfde vraag. ‘Onze organisaties kennen een democratisch gekozen bestuur dat ambities heeft voor de samenleving,’ zegt ze. ‘Aan het begin van een bestuursperiode vraagt dit om scherpe keuzes.’
Als één van de belangrijkste uitdagingen voor de toekomst wordt wendbaarheid genoemd. Sleeking: ‘Wendbaarheid is het vermogen om op snelle veranderingen in te spelen. Het is een vorm van nieuwsgierigheid. Naar elkaar, naar je naaste collega’s, naar andere overheden.’ Struijs vult aan: ‘Wendbaarheid is meegaan met de tijd; je aan kunnen passen aan nieuwe situaties.’ ‘Bij tegenspraak is het de taak van ambtenaren om mitsen en maren aan te geven,’ gaat Sleeking verder. ‘Dat doe je vanuit je vakkennis, of vanwege morele bezwaren. Tegenspraak is ook dat je tijdig aangeeft als het te veel voor je is.’ Wendbaarheid is ook een vereiste in de veranderende arbeidsmarkt. ‘De plek die werk inneemt in iemands leven neemt af,’ aldus Sleeking. ‘We signaleren bijvoorbeeld de trend dat mensen andere afwegingen maken als het gaat om werk-privébalans. Bijvoorbeeld dat jonge mensen alleen werken voor het geld dat ze nodig hebben om in hun levensonderhoud te voorzien. Waardoor ze tijd overhouden voor andere dingen. Als fondsen agenderen we deze nieuwe trends.’ Ook De Zwart ziet transformaties op de arbeidsmarkt van de toekomst. ‘Misschien stappen we wel af van het hele idee van een organisatie en wordt er meer vanuit projecten en klussen geredeneerd. Medewerkers worden dan passanten, die een dag hier werken en een dag daar bijspringen.’