nieuws

Beroepsvereniging schuldhulpverleners en klantmanagers SAM luiden corona-noodklok

Meer mensen in de schulden en meer mensen in de bijstand. Het coronavirus eist vrijwel op elk gebied zijn tol en het einde is nog lang niet in zicht, zeker niet als die gevreesde tweede virusgolf er komt. Directeur Ido van der Meulen van de beroepsvereniging SAM weet waarmee schuldhulpverleners, re-integratiemedewerkers, inkomensconsulenten en klantmanagers nu al te kampen hebben en wat ze nog te wachten staat en luidt de noodklok. De merkwaardige tijden van nu vragen volgens hem om verregaande maatregelen en Van der Meulen bepleit onder meer het veel eerder saneren van schulden.

Inwoners moeten snel adequaat en met respect worden geholpen

Schuldhulpverleners en klantmanagers, zoals gemeentelijke bijstandsconsulenten, beleven hectische tijden. Er zijn veel meer aanvragen op het gebied van schuldhulpverlening (SHV) en bijstand en daarmee zijn we er nog lang niet, volgens directeur Ido Van der Meulen van SAM: ‘Er zit een hausse aan te komen.’ Hoe groot die hausse uiteindelijk zal zijn, is volgens hem nog koffiedik kijken. Ongeveer 200.000 Nederlanders zitten nu in de SHV, maar zeker 1 tot 1,2 miljoen mensen zitten diep in de financiële problemen. ‘En dan komt corona daar nog eens overheen!
Als iedereen die in de financiële problemen zit massaal hulp gaat zoeken, loopt het systeem vast. Sterker nog: als de helft van die mensen zich aanmeldt, gebeurt dat al.’ Van der Meulen zou er niet van opkijken als het aantal mensen met problematische schulden zich de komende tijd verdubbelt. Hetzelfde geldt voor de bijstand, bijzondere bijstand en zorgaanvragen. ‘Het vraagt om een andere manier van aanpakken, maar er is bij veel gemeenten nog geen plan. Wij als uitvoerend professionals zullen daarom steeds meer een positie moeten innemen.’

Noodklok
Hij is somber gesteld: ‘Zoals het nu gaat, zal het niet gaan werken. Dit wordt zó massaal. Gemeenten zullen op een andere manier hulp moeten verlenen. Ik heb nu de indruk dat ze vooral bezig zijn met de noodmaatregelen en te weinig bezig zijn met wat er in het najaar of volgend jaar gebeurt.’ Op de vraag of de noodklok geluid moet worden, reageert Van der Meulen met een volmondig “Ja!”. Een dijkdoorbraak wil hij de huidige crisis nog niet noemen, ‘maar het water komt hoger en hoger te staan.’ Hij verwacht dat de problemen verder gaan toenemen.

Als iedereen hulp zoekt, loopt het systeem vast

‘De meeste gemeenten hebben geen crisisplan en zijn dus niet voorbereid en dat betekent dat het nemen van maatregelen alleen maar meer geld gaat kosten. Professionals zullen de aanvragen voor hulp niet weggewerkt krijgen binnen het huidige systeem en regels.’ Signalen van zijn achterban over de werkdruk bereiken Van der Meulen veelvuldig. ‘Vele collega’s zijn nu aan het verzuipen en vragen zich af hoelang dit nog gaat duren. Er zijn momenteel veel meer aanvragen voor bijvoorbeeld werkloosheidsuitkeringen, overbruggingsregelingen voor zzp’ers (Tozo), bijstand en schuldhulpverlening. Los van de druk die bestond voor de coronacrisis om de kwetsbaren in onze samenleving te helpen. Denk aan mensen met een lichtverstandelijke beperking, met een migratieachtergrond of taalproblemen, maar ook 55-plussers. De komende tijd zal een veel grotere groep instromen.’ ‘Ik voorzie de komende 1 tot 2 jaar een verdubbeling van het aantal mensen dat in de bijstand zit. Wij als uitvoerend professionals maken ons daarover zorgen – we staan voor dilemma’s. Je kunt wel stellen dat gemeenten geen enkele voorbereiding op zo’n pandemie hadden. Integendeel: uitvoeringsbudgetten werden verlaagd en er werd zelfs bezuinigd. In het sociaal domein is sprake van kortetermijnplanning. Gemeenten denken vooral in kosten en inkomsten en minder in maatschappelijke investeringen.’

Progressief beleid
Van der Meulen signaleert niet alleen problemen, maar komt ook met mogelijke oplossingen. ‘Deze crisis vraagt om een doorbraak. We zullen een planning voor de komende 10, 15 jaar moeten maken. Jongeren zullen in de problemen geraken en we moeten daarom nu extra in hen investeren. Als we dat niet doen, is het over een jaar of vijf alleen maar erger. Ook een deel van de zzp’ers komt in de problemen – die hebben echt botte pech.’ De SAM-directeur denkt aan een progressief beleid bij het kwijtschelden van schulden: ‘Denk aan schulden van een paar duizend euro. Als samenleving ben je dan goedkoper uit. Mensen met schulden krijgen vaak psychische en lichamelijke klachten en met de gevolgen daarvan is veel meer geld gemoeid.’ Hij opteert voor een andere werkwijze in de manier van beoordelen én voor het innemen van een stevige positie door de professionals.

Gemeenten zullen op een andere manier hulp moeten verlenen

‘Het regelen van een schuldhulpplan duurt nu 120 dagen. Als we dezelfde manier van beoordelen blijven hanteren, dan redden we het met deze werkdruk nog niet in 240 dagen. Het werkproces moet aangepast worden, het moet juist allemaal véél sneller dan die 120 dagen. De voorgestelde noodstop van het kabinet is een goed begin.’

Revolutionair
Het voorstel van Van der Meulen en SAM zou je revolutionair kunnen noemen: ‘Binnen 30 dagen moet uitsluitsel zijn over een SHV-aanvraag en binnen een jaar moeten mensen van de schulden af zijn. Nu duurt dat twee, drie jaar. Het zijn merkwaardige tijden en die vragen om andere oplossingen. We zullen een verzoek voor SHV sneller moeten toekennen, zodat mensen minder lang op een minimumniveau blijven.’ Schuldeisers zullen hun volledige medewerking moeten geven. ‘Ze willen dat vaak ook wel, zelfs als ze 90 procent van hun geld niet krijgen. Saneren is uiteindelijk goedkoper – het inschakelen van incassobedrijven of deurwaarders kost vaak meer.’ De SAM-directeur duidt op particuliere schuldeisers en nadrukkelijk niet op de overheid. ‘De overheid is star en zou juist het goede voorbeeld moeten geven. Als je echter schulden hebt bij de Belastingdienst of openstaande boetes bij het Centraal Justitieel Incassobureau kom je daarvan nooit af. Woningbouwcorporaties, verzekeraars en telefoonproviders zijn veel socialer dan de overheid. Aan de andere kant moeten overheden ook handhaven en iedereen een vrijbrief geven is ook geen oplossing. Dat betekent een dilemma en dus moet er een juiste balans gevonden worden.’

Bestaanszekerheid
Wij als uitvoerend professionals moeten een positie innemen, voor ons vak gaan staan en niet tegen onze eigen normen en waarden ingaan. De bestaanszekerheid van burgers moet centraal staan in onze dienstverlening. Daarbij past dat burgers snel, adequaat en met respect geholpen worden.’ Het gaat een grote uitdaging worden, weet Van der Meulen: ‘We zullen nog lang in de ellende blijven zitten. Als het tegenzit, is dit niet iets wat je binnen 2 jaar oplost.’

Anonieme ambtenaar wil niet de whistleblower zijn Een professional in het sociaal domein is bereid om te praten over de veelheid aan problemen veroorzaakt door corona, maar wil dat alleen anoniem doen. Waarom anoniem? ‘Ik wil mijn werkgever niet in een negatief daglicht plaatsen. En ik wil niet de whistleblower zijn, omdat dat consequenties kan hebben.’ Waar lopen jij en je collega’s tegen aan? ‘Tegen gebrek aan aandacht en tijd voor de kwetsbare burgers, gebrek aan energie. Thuiswerken wordt niet gefaciliteerd en kan lichamelijke en psychische klachten opleveren. De combinatie van thuiswerken en een gezin runnen is niet ideaal. De werkdruk is erg verhoogd, waardoor het klantcontact vaak op afstand is. De uitvoering van de noodmaatregel Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (Tozo) berust nu ook bij ons, terwijl onze eigen werkzaamheden alleen maar zijn toegenomen: meer bijstandsaanvragen, meer verzoeken om schuldhulpverlening. Net als veel collega’s ga ik vroeg naar bed, anders heb ik de volgende dag geen energie.’ Hoelang is dit nog te behappen? ‘Ik weet het niet. Er zijn nog zoveel onzekerheden. Hebben we het dieptepunt al gehad? Komt die tweede golf er? Als je realistisch bent, lijkt het erop dat wij ook daarmee te maken krijgen. Het vraagt heel veel van je en door die Tozo-maatregel nog meer – dat is echt een gedrocht. Vanaf eind februari hebben we vooral aan de korte termijn gedacht, maar we móeten nu plannen gaan maken voor de langere termijn. Er moet een omslag in denken komen, te veel is nu onzeker.’ Hoe nu verder? ‘Als ik daarop het antwoord had. Op die vraag durf ik het antwoord niet te geven. In het begin van de coronacrisis hebben we te snel gehandeld met de financiële steunpakketten voor ondernemers. Het kabinet had daarover iets langer moeten nadenken en zijn licht moeten opsteken bij de uitvoerend professionals. Een alleenstaande schoonheidsspecialiste kreeg bijvoorbeeld een bedrag van 1.050 euro, terwijl haar collega met een goed verdienende echtgenoot 1.500 euro kreeg. Dat kan niet, we hadden daarmee zorgvuldiger moeten omgaan. In maart is paniekvoetbal gespeeld, waardoor we nu continu aan het nadenken zijn over wat we beter hadden kunnen doen. Nederland heeft geen enkele voorbereiding gehad op een pandemie. De zorgmedewerkers zijn door corona natuurlijk zwaar belast, maar datzelfde geldt ook voor de uitvoerend professionals in het sociaal domein.’ De naam van de betrokken ambtenaar is bij de redactie bekend.

*Dit artikel werd geschreven door Roy Touker en verscheen oorspronkelijk in Publiek Denken 21: Sociaal domein onder druk. Wilt u meer artikelen lezen? Neem dan nu een gratis abonnement op Publiek Denken.

*Beeld: Andrea Resmini

Delen

Reageer

*

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *