nieuws

Burgerschapsonderwijs voor verbetering vatbaar

Burgerschapsonderwijs op Nederlandse scholen is voor verbetering vatbaar. Dat blijkt uit onderzoek van de Inspectie van het Onderwijs. De wet- en regelgeving geeft scholen erg veel ruimte voor een eigen invulling van het burgerschapsonderwijs.

Scholen besteden namelijk wel aandacht aan burgerschap, maar doen dat over het algemeen weinig doelgericht: de activiteiten vertonen weinig verband; er is geen planmatige aanpak; scholen formuleren niet wat ze leerlingen willen leren; scholen hebben ook maar weinig zicht op wat leerlingen leren. Met als gevolg dat het erg afhankelijk is van de individuele leraar hoe het onderwijs is ingericht, en blijven er kansen liggen.

Volgens de inspectie zouden leraren samen moeten bepalen hoe de school burgerschapsonderwijs inricht. Daarbij is nodig dat ze de leerdoelen vertalen in activiteiten en ervoor zorgen dat die op elkaar aansluiten. Ook is belangrijk dat  leraren hun leerlingen kennen en dat ze nagaan of zij leren wat de school wil bereiken. Schoolleiders en bestuurders moeten laten zien dat ze burgerschap belangrijk vinden, en hiervoor concrete en duidelijk doelen opstellen. De leraren moeten voldoende tijd een middelen krijgen en de prestaties moeten schoolbreed in beeld gebracht worden.

Ook de overheid heeft een taak, aldus de inspectie. Zoals de zorg voor goede randvoorwaarden. Ondersteuning, duidelijke verwachtingen en vertrouwen zijn essentieel. Helder geformuleerde doelen in wet- en regelgeving kunnen helpen hierbij, waarbij duidelijk is wat de verplichte kern is en wat behoort tot de vrije ruimte. Niet minder belangrijk is steun, zoals ondersteuning van schoolontwikkeling, en ontwikkeling van aanpakken, instrumenten voor evaluatie en kennis.

Delen

Reageer

*

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *