Alles stroomt, zou de Griekse filosoof Heraclitus (ca. 540-480 v.Chr.) hebben gezegd. De wereld verandert inderdaad voortdurend, maar toch blijven sommige dingen hetzelfde, zoals onze eigen kernwaarden. Daar kun je op bouwen, je leven lang. In je werk maar ook daarbuiten, zegt Martin Groenhuis, manager Kwaliteit bij de Baak.
De manier waarop we werken en werk organiseren is in een hoog tempo aan het veranderen. Het heeft impact op alle niveaus en alle functies binnen een organisatie. ‘Technologie kan allerlei functies en taken overnemen,’ stelt Groenhuis, ‘alles wordt erdoor beïnvloed, ook de menselijke factor in bijvoorbeeld organisaties. Maar zal die menselijke factor ooit verdwijnen? Ik denk het niet, ik zie juist dat die steeds belangrijker wordt. Robots bijvoorbeeld, missen het vermogen om zich snel aan te passen; mensen zijn daar juist heel goed in.’
‘Spierkracht, geheugen, analyse… het zijn maar een paar voorbeelden van wat computers en robots al beter kunnen dan wij,’ aldus Groenhuis. ‘Nu wordt gekeken naar het automatiseren van besliskracht en daar zijn al voorbeelden van: algoritmes die op basis van een analyse van reusachtige hoeveelheden data besluiten nemen, of de autonome beslissingen van zelfrijdende auto’s. Dat geeft een suggestie van objectiviteit, maar uit een computer komt alleen wat jij erin hebt gestopt. Daar zitten dus toch menselijke afwegingen en keuzes achter. Dat roept een interessante vraag op: wat is dan onze menselijke manier van besluiten nemen? Op basis van welke afwegingen en welke waarden doe je dat?’
Onder de oppervlakte
Groenhuis: ‘Bij de Baak helpen we mensen om door te dringen tot hun eigen kern, hun eigen waarden en potentieel. In een van deze programma’s ruilen de deelnemers 2,5 dag van baan, en dan blijkt dat ze op een andere plek, zonder vakinhoudelijke kennis toch prima kunnen functioneren, meepraten, oordelen en beslissen. Daar zijn ze vaak verbaasd over. Zo’n ervaring geeft zelfvertrouwen: er zit dus iets in je waar je in elke situatie op kunt terugvallen. Tegelijkertijd is het een les in nederigheid: een ander kan mijn werk net zo goed doen als ik.’
‘De mensen die naar de Baak komen, bewegen we om zelfonderzoek te doen, om vragen te stellen aan zichzelf en aan hun collega’s: wat vind ik nu echt belangrijk? Waarop baseer ik uiteindelijk mijn keuzes? Hoe verhoudt dat zich tot de keuzes die in mijn organisatie worden gemaakt? Zo zorg je dat het verschil tussen mens en functie niet te groot wordt en dat ze dus dichtbij hun “eigenheid” kunnen blijven. Een fundament dat ze blijvend met zich meedragen. Dat is onze bijdrage.’ Groenhuis pleit voor het belang van het subjectieve, de unieke en authentieke kracht en waarde van de mens. ‘Dat sluit ook aan bij de instelling van de nieuwe generatie: natuurlijk wil die ook goed verdienen en alles wat daarbij hoort, maar ze willen vooral ook dat hun werk maatschappelijke relevantie heeft. Het gaat om zingeving.’
Foto: Carine Hekker Fotografie