De ambitie om per jaar meer woningen te bouwen dan gepland is niet realistisch, blijkt uit het rapport Wonen na de verkiezingen van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL). Om het woningtekort aan te pakken moet in de komende kabinetsperiode slim geïnvesteerd worden.
Op dit moment worden er jaarlijks 75.000 woningen gebouwd. Veel politici zouden dit graag ophogen naar 100.000. Volgens het PBL is dat door het gebrek aan mankracht echter niet realistisch. In de bouwsector zijn er te weinig beschikbare vakmensen en bij gemeenten zijn er niet voldoende ambtenaren om bouwplannen te verwerken. Gemeenten zouden hiervoor meer geld moeten krijgen van het rijk. Dit zou voor betere afstemming zorgen tussen gemeenten en marktpartijen.
Een ander probleem in het woningbouwvraagstuk is dat niet alleen snel woningen nodig zijn, maar dat dit ook de juiste huizen dienen te zijn. Hierbij moet rekening gehouden worden met de toekomst en het klimaat. Het bouwen van grote wijken buiten de stad zal nadelige gevolgen hebben op de leefbaarheid, onder andere door het inkrimpen van natuur.
Verder is de vraag naar huizen regionaal verschillend. Volgens het PBL zou het slim zijn om tijdelijke woningen te bouwen in regio’s waar de vraag op lange termijn mogelijk afneemt.
Ten slotte kan het aanpassen van financiële en fiscale regelingen helpen om op lange termijn de woningnood aan te pakken, zoals het aanpassen van de hypotheekrenteaftrek en het minder makkelijk maken om veel geld te lenen.