Beeld: Shutterstock
Het vertrouwen van Nederlanders in ambtenaren is de afgelopen twaalf jaar toegenomen. Vooral de politie, rechters en het leger genieten groot vertrouwen. Dit blijkt uit het onderzoek Sociale samenhang en welzijn van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), dat jaarlijks het vertrouwen in instituties en medemensen onderzoekt.
Sinds 2012 is het vertrouwen in ambtenaren toegenomen van 44,3 procent naar 47,4 procent in 2024. Daarmee groeit het vertrouwen in deze beroepsgroep gestaag, hoewel de stijging minder sterk is dan bij sommige andere instituties.
Politie en rechters genieten meeste vertrouwen
Nederlanders hebben het meeste vertrouwen in de politie. Dat vertrouwen steeg van 67,7 procent in 2012 naar maar liefst 78,8 procent in 2024. Rechters volgen op korte afstand met een vertrouwen van 78,3 procent.
Het opleidingsniveau van respondenten blijkt een belangrijke factor. Zo heeft slechts 69 procent van de mensen met alleen basisonderwijs vertrouwen in de politie, tegenover 85 procent van hbo- en universitair geschoolden. Bij rechters is dit verschil nog groter: 58 procent van de laagopgeleiden tegenover 90 procent van de universitair opgeleiden geeft aan vertrouwen te hebben in de rechtspraak.
Leger ook hoog gewaardeerd
Ook het vertrouwen in het leger is toegenomen, van 59,3 procent in 2012 naar 67,6 procent in 2024. Opvallend is de dip in het tweede kwartaal van 2022, vlak na de Russische inval in Oekraïne. Toen daalde het vertrouwen tijdelijk naar 61 procent. In de kwartalen daarna herstelde dit zich snel.
Leeftijd speelt een duidelijke rol in het vertrouwen in het leger. Jongeren tussen de 15 en 25 jaar hebben het meeste vertrouwen (ruim 75 procent), terwijl onder 65-plussers dit percentage daalt naar 61 procent.
Laagste vertrouwen in politiek en Tweede Kamer
Het vertrouwen in politici en de Tweede Kamer blijft het laagst. Tijdens het eerste coronajaar 2020 had nog 53 procent vertrouwen in de Tweede Kamer en 40 procent in politici. Sindsdien is dit fors gedaald. In 2024 heeft slechts 31,3 procent vertrouwen in de Tweede Kamer en 25,1 procent in politici.
Hoewel het vertrouwen zich na de sterke daling in 2022 enigszins heeft gestabiliseerd, blijft het laag. Daarmee zijn politici en de Tweede Kamer de instituties met het minste vertrouwen van de Nederlandse bevolking.
