Het (gebrek aan?) 'doenvermogen' van ambtenaren

Voor politici zijn ambtenaren hun eerste strategische samenwerkingspartner. En nee, niet alle politici tonen genoeg liefde en waardering voor die ambtelijke organisatie. En nee, in een moderne kijk op de rol van de overheid zijn die ambtenaren al zeker niet meer de énige samenwerkingspartner. Maar nog steeds zijn die ambtenaren de samenwerkingspartners die er bewust voor hebben gekozen om politieke prioriteiten uit te denken, vorm te geven en uit te voeren.

En daar zit nu mijn zorg. Want die ambtenaren zijn net mensen. En daarmee beschikken ze lang niet altijd over het ‘doenvermogen’ dat nodig is om die politieke prioriteiten ook daadwerkelijk om te zetten in concrete resultaten.

Ruim een jaar geleden publiceerde de WRR (Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid) Weten is nog geen doen, een interessant rapport over het (gebrek aan) ‘doenvermogen’ van de Nederlanders. En hoe we daar als overheid rekening mee moeten houden*.

In dat rapport werd betoogd dat dat ‘doenvermogen’ wordt beïnvloed door een aantal kenmerken. Ben je meer van aanpakken of meer van vermijden? Heb je veel of weinig zelfcontrole op impulsen? En ben je van nature optimistischer of juist pessimistischer van aard?

Ook wordt gesteld dat mensen die meer vermijden, minder zelfcontrole hebben en pessimistischer zijn over het algemeen minder het vermogen hebben om beschikbare informatie, gestelde prioriteiten of een gemaakte plan om te zetten in passende acties. En die acties vol te houden bij tegenslag.

En laten we eerlijk zijn. Er zijn ook ambtenaren die in deze categorieën vallen. En laten we dus ook zo eerlijk zijn dat het daarom hard nodig is dat we hierin ondersteunen. Op maat ondersteunen. Want hetzelfde WRR-rapport is helder, een algehele, goedkope aanpak om meer ‘doenvermogen’ te creëren, is er niet.

Een eerste begin is om te onderkennen dat we nog veel te doen hebben. En onderkennen dat dat heel logisch is, omdat onze ambtenaren een afspiegeling zijn van onze maatschappij. En daarom ook serieus werk maken van die maatwerkoplossingen. Of dat nu is door goed situationeel management, helpende methoden en structuren aan te bieden, passend op te leiden, te coachen of door goed af te spreken en aan te spreken. Mij maakt het niet uit. Als we maar blijven beseffen dat die ambtenaren de eerste strategische samenwerkingspartner zijn van onze politici.  En daarmee van ons allen. En dat het dus hard nodig is om te investeren in dat ‘doenvermogen’.

* voor een korte video-samenvatting van het WRR-rapport: bit.ly/WRRDoen

Delen

Reageer

*

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *