Niet iedereen kan mee in de transitie

We leven in een tijdperk waarin tal van transities noodzakelijk zijn. Er wordt gesproken over de energietransitie, de mobiliteitstransitie, de landbouwtransitie, de transitie naar een circulaire economie en een klimaatbestendige omgeving. En dus worden allerwege ‘transitieaanpakken’ uitgedacht. In deze aanpakken spelen koplopers vaak een belangrijke rol. Als eerste worden de enthousiaste vernieuwers bij elkaar gezet om de vernieuwing een boost te geven. Met hun inbreng kan transitiedynamiek worden gerealiseerd. De idee om te beginnen met de koplopers heeft een aantrekkelijke eenvoud. Immers: als er één schaap over de dam is, dan volgen er vast meer. Als de vernieuwing in de niches slaagt, ontstaat er gaandeweg zoveel druk op het regime, dat daar ook verandering ontstaat.

Mijn collega, Jeroen van der Waal, onderzoekt verschillen in groepen mensen en wat die verschillen verklaart. Waarom leven laagopgeleiden ongezonder dan hoogopgeleiden? Omdat ze minder verdienen en dus minder te makken hebben? Dat blijkt vaak niet het geval. Of omdat ze niet weten dat bepaalde gewoonten slecht zijn? Natuurlijk wel. Ze zijn niet gek!

Van der Waal wijst op hele andere patronen. Het zijn vaak culturele verschillen die een belangrijke rol spelen. Mensen die gezond leven, vinden zichzelf bewust of onbewust toch ‘beter’ dan mensen die dat niet doen. En dat voelen die anderen haarfijn aan. En het versterkt hun aversie om te doen wat die hoogopgeleiden vinden en zeggen. Waarom zou je iets aannemen van iemand van wie je denkt dat die op je neerkijkt en je niet serieus neemt?

En zo voeden maatschappelijke tegenstellingen de polarisatie in onze samenleving. Steeds vaker staan we lijnrecht tegenover elkaar en wordt er op het scherpst van de snede ruzie gezocht over de klimaatleugen en de CO2-dwaling. En dus maken we ons in toenemende mate zorgen over een groeiende groep mensen die niets moet weten van al dat transitiegedram.

Als je met dit in je achterhoofd nog eens kijkt naar het idee van de koplopers, ontstaat opeens een heel ander beeld. Als je de koplopers op het schild hijst, zou je weleens het tegenovergestelde kunnen bereiken. Als je de voorstanders bestempeld als koploper, zijn de anderen automatisch de achterblijvers, die vast nog te dom zijn om te snappen dat de transitie nodig is. De kloof tussen diegenen die mee willen in de transitie en die niet mee willen, wordt onbedoeld groter en dieper. Bestaat er een transitieaanpak die polarisatie-proof is? Ongetwijfeld. Misschien moeten die sociale wetenschappers toch eens wat vaker samen gaan zitten om daar met elkaar over na te denken.

Foto: FaceMePLS

Delen

Reageer

*

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *