De rol van de gemeentejurist verandert. Er is behoefte aan juridisch medewerkers die zich kunnen inleven in het perspectief van bestuur, politiek en burger en van daaruit effectief kunnen handelen. Vrije Universiteit Amsterdam onderzocht wat juristen daarvoor nodig hebben en ontwikkelde de leergang ‘De gemeentejurist van de toekomst’.
‘Van meet af aan stond vast dat de sociaalwetenschappelijke inzichten uit de bestuurskunde onmisbaar zijn voor juridisch medewerkers binnen de (semi-)overheid,’ vertelt universitair hoofddocent bestuurskunde Duco Bannink van de Vrije Universiteit Amsterdam. Samen met hoogleraar bestuursrecht Richard Neerhof werkte hij twee jaar aan het samenstellen van de leergang. ‘Binnen het bestuursrecht gaat het om ‘mogen,’ maar dat is niet voldoende. Wie alleen kijkt of iets binnen juridische kaders past, denkt niet in oplossingen maar in onmogelijkheden. Dat maakt je eerder een hinderpaal dan een hulp. Daarom is het als gemeentejurist ook belangrijk te leren kijken naar mogelijkheden, naar wat de gemeente ‘wil’ en ‘kan’. En dat is het terrein van de sociale wetenschappen. Gezamenlijk geven ‘mogen’, ‘willen’ en ‘kunnen’ je als gemeentejurist een handelingsperspectief waarmee je van toegevoegde waarde kunt zijn. Je kunt vroegtijdig met een wethouder meedenken over de juridische haalbaarheid van nieuwe oplossingen. Of de risico’s van plannen in kaart brengen en motivaties achter besluiten alvast zo inkleden dat deze ook stand houden wanneer ze voor de rechter komen. Denk aan goede communicatie rondom een vergunningenbeleid met heldere voorwaarden voor gunningen.’
Ander perspectief
Bannink en Neerhof brachten samen met VU Law Academy (PAO Faculteit Rechten VU) en VU Academy voor Sociale Wetenschappen de kennisbehoefte van de gemeentejurist grondig in beeld met enquêtes en rondetafelgesprekken. Naast een verlangen naar meer juridische kennis leefden er vooral vragen over effectief functioneren, zoals: hoe werk ik beter samen met andere disciplines. En: hoe kan ik beter functioneren in mijn politieke en bestuurlijke omgeving en in contact met de burger? Deze vragen zijn verwerkt in de leergang die in november start. In zes bijeenkomsten worden zes thema’s behandeld: de integere, oplossingsgerichte, marktgerichte, veilige, leefbare en sociale gemeente. Elke bijeenkomst begint met relevante bestuurskundige en juridische kennis, die vervolgens wordt toegepast in een praktijkcasus. Neerhof: ‘Inleven in de ander staat centraal. Dat betekent niet dat je als jurist altijd meebeweegt, maar wel dat reguleringen doeltreffend zijn en dat je effectief kan communiceren met je bestuur, de politiek en inwoners.’ De tijd dat juridische kennis alleen voldoende is voor een succesvolle carrière bij de overheid, is voorbij, stellen Neerhof en Bannink. ‘Juristen moeten investeren in hun kennis maar ook in hun effectiviteit en rol.’
Voor meer informatie: rechten.vu.nl/gemeentejuristvandetoekomst