nieuws Publieke professional

Openbaarmaking van ambtelijke adviezen: over transparantie en zwartgelakte stukken

Beeld: ANP/Sem van der Wal

Tijdens de Algemene Politieke Beschouwingen van 2024 ontving de Tweede Kamer grotendeels zwartgelakte documenten van het kabinet over de inzet van noodwetgeving om de asielinstroom te beperken. Deze documenten, die adviezen bevatten van ambtenaren van verschillende ministeries, waren bedoeld om meer duidelijkheid te verschaffen. Echter, de uitgebreide zwartgelakte passages veroorzaakten frustratie bij de oppositie. D66-leider Rob Jetten sprak zijn ongenoegen uit: ‘Ik dacht eerst dat er iets mis was met mijn telefoon.’ Later die dag werden alsnog de volledige documenten vrijgegeven. Dit voorval roept de vraag op: in hoeverre moeten ambtelijke adviezen en persoonlijke beleidsopvattingen openbaar worden gemaakt?

Het recht op informatie van de overheid, waaronder ambtelijke adviezen, is geregeld in artikel 68 van de Grondwet (Gw) en de Wet open overheid (Woo). Beide bieden een grondslag om openbaarmaking te beperken, maar hebben verschillende toepassingsgebieden.

Artikel 68 van de Grondwet stelt dat de regering verplicht is inlichtingen te verstrekken aan het parlement, zowel mondeling als schriftelijk. Dit geeft de Tweede Kamer de mogelijkheid haar controlefunctie uit te oefenen. Het verstrekken van deze informatie kan echter worden geweigerd als dit indruist tegen “het belang van de staat”. Deze term kan betrekking hebben op de veiligheid van de staat, financiële en economische belangen, lopende onderhandelingen of het waarborgen van de eenheid van de Kroon. Voor de toeslagenaffaire werd ook de grond “persoonlijke beleidsopvattingen” geschaard onder “het belang van de staat”. Maar sinds deze affaire is besloten dat persoonlijke beleidsopvattingen van ambtenaren niet langer als weigeringsgrond kunnen worden gehanteerd. Dit betekent dat ambtelijke adviezen nu in principe openbaar moeten worden gemaakt, tenzij andere gronden voor weigering van toepassing zijn.

De Woo is een wet die regelt dat iedereen toegang kan krijgen tot overheidsinformatie. Het doel van deze wet is transparantie te bevorderen door bestuursorganen te verplichten informatie openbaar te maken, tenzij specifieke uitzonderingen van toepassing zijn. Een belangrijke uitzondering is dat interne documenten waarin persoonlijke opvattingen van ambtenaren zijn opgenomen, zoals adviezen, niet verplicht openbaar hoeven te worden gemaakt. Dit zorgt ervoor dat ambtenaren vrijelijk kunnen discussiëren en hun mening kunnen geven zonder angst voor publieke blootstelling.

Scheiding tussen Woo en artikel 68 Grondwet

Hoewel de Woo en artikel 68 van de Grondwet betrekking hebben op openbaarmaking van informatie, zijn het twee afzonderlijke kaders met verschillende doelen en toepassingsgebieden. De Woo is gericht op transparantie voor burgers en regelt de openbaarmaking van overheidsinformatie aan iedereen. Artikel 68 Gw, daarentegen, reguleert de informatievoorziening specifiek voor het parlement. Kamerleden kunnen informatie opvragen die mogelijk niet openbaar wordt gemaakt aan het bredere publiek, bijvoorbeeld vanwege vertrouwelijkheid of staatsbelangen.

De parlementaire inlichtingenplicht op grond van artikel 68 reikt in sommige gevallen verder dan de Woo. Informatie die op basis van de Woo niet openbaar zou worden gemaakt, kan onder bepaalde voorwaarden wel met de Kamer worden gedeeld, eventueel onder strikte geheimhouding. Dit zorgt ervoor dat het parlement zijn controlerende taak kan blijven uitvoeren, ook wanneer de documenten gevoelige inhoud bevatten. Andersom geldt dat informatie die op basis van de Woo verplicht openbaar moet worden gemaakt, niet kan worden achtergehouden voor het parlement.

Publieke en politieke belangen

De recente kwestie rondom de gelakte documenten tijdens de Algemene Politieke Beschouwingen illustreert de spanning tussen transparantie en staatsbelangen. De oppositiepartijen benadrukten het belang van volledige openheid, vooral gezien de impact van noodwetgeving op de samenleving. Maar het kabinet beroept zich regelmatig op de bescherming van de staatsveiligheid en andere belangen, wat soms leidt tot frustratie binnen het parlement en het publiek. Deze balans tussen openheid en vertrouwelijkheid is een voortdurend discussiepunt in de Nederlandse politiek.

Internationale voorbeelden van ambtelijke transparantie

Ook in andere landen speelt de vraag naar de openbaarmaking van ambtelijke adviezen. In het Verenigd Koninkrijk bijvoorbeeld, wordt veel overheidsinformatie beschermd onder de Freedom of Information Act. Deze wet stelt dat informatie toegankelijk moet zijn voor het publiek, maar bevat ook duidelijke uitzonderingen om interne overheidsdiscussies en adviesrapporten af te schermen. Net als in Nederland probeert deze wet een balans te vinden tussen transparantie en de bescherming van het interne beleidsvormingsproces. In Duitsland biedt de Informationsfreiheitsgesetz burgers de mogelijkheid om informatie op te vragen, maar hier gelden strikte regels voor het beschermen van persoonlijke beleidsopvattingen van ambtenaren. 

De toekomst van openbaarheid in Nederland

Mede door de toeslagenaffaire is een veranderende houding ten aanzien van de openbaarmaking van persoonlijke beleidsopvattingen te bemerken. Er wordt meer nadruk gelegd op transparantie en openbaarheid, maar de discussie over wat wel en niet openbaar gemaakt moet worden blijft actueel. Vooral in gevoelige dossiers, zoals de asielkwestie, blijft de vraag in hoeverre de persoonlijke beleidsopvattingen van ambtenaren openbaar moeten worden, een complex en politiek geladen onderwerp.

Bron: Vijverberg Advocaten & Adviseurs

Delen

Reageer

*

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *

  1. Goed te lezen hoe het juridisch geregeld is in Nederland en omringende landen. Een aanvullende vraag en oproep tot discussie:
    Ambtelijke stukken spelen een belangrijke rol om de feiten op een rij te zetten inhoudelijk en juridisch. Soms staan er ook persoonlijke beleidsopvattingen in, een advies aan de bestuurder. De feiten lijken mij essentiele en te delen informatie, wellicht zelfs standaard openbaar. De beleidsopvatting kan je over van mening verschillen en zou wellicht niet vrijgegeven hoeven worden
    Vraag: Vinden jullie dit onderscheid tussen feiten en beleidsopvattingen ook relevant in deze discussie?

  2. De beleidsopvattingen waar het hier om gaat zijn wets-/verdragsgrenzen en niet meer of minder dan dat. Dat lijkt me geen persoonlijke opvatting. Toch?
    En als het gaat om de, terechte, bescherming van een ambtenaar hoeft alleen de naam of afdeling zwartgelakt.