nieuws

Knelpunten Jeugdwet hardnekkig

De Jeugdwet heeft een breed draagvlak, maar knelpunten in de uitvoering zijn hardnekkig. Dat stelt de Transitie Autoriteit Jeugd (TAJ) in haar derde jaarrapportage die vandaag aan de verantwoordelijke bewindslieden van VWS en V&J wordt aangeboden.

Alle betrokkenen ervaren dat de vernieuwingen — de transformatie — veel minder snel gaan dan bij de invoering in 2015 werd aangenomen. De daarmee samenhangende baten in de vorm van snellere en kortere interventies en een lager beroep op — veelal kostbare — (hoog)specialistische jeugdhulp, zoals onder andere jeugdpsychiatrie en gesloten jeugdzorg worden niet in het tempo geïnd waarin de bezuinigingen op de jeugdhulp zijn geëffectueerd, zo constateert de TAJ. Als een viertal urgente knelpunten niet op afzienbare termijn wordt opgelost, dreigt de beoogde transformatie in gedrang te komen en zou de steun voor de filosofie van de Jeugdwet onder druk kunnen komen. De TAJ doet een serie aanbevelingen die erop zijn gericht deze knelpunten weg te nemen.

In de twee voorgaande jaarrapportages heeft de TAJ aandacht gevraagd voor de veelheid aan contractvoorwaarden, productomschrijvingen, voorschriften voor facturatie en uitbetaling waarmee aanbieders worden geconfronteerd. De TAJ constateert dat met name die jeugdhulporganisaties die door de aard van hun aanbod met veel gemeenten te maken hebben, hierdoor substantieel hogere uitgaven hebben voor bedrijfsvoering, ten koste van het budget voor jeugdhulp. Veel van de verschillen zijn niet terug te voeren op politieke keuzen inzake jeugdhulp, maar op gemeentelijke administratieve vereisten. Gemeenten en aanbieders moeten nog dit jaar hun administratieve processen op orde brengen, harmoniseren en daarbij de door de VNG ontwikkelde landelijke standaarden hanteren. Zo niet, dan zou het rijk die moeten vaststellen, aldus de TAJ.

Uit het onderzoek van de TAJ blijkt verder dat 40 procent van de jeugdhulpaanbieders kampt met financiële problemen. 20 procent van de (hoog)specialistischejeugdhulpaanbieders verwacht in 2017 op enig moment te maken te krijgen met een acuut gebrek aan liquide middelen. Dit betreft vooral instellingen met een veelheid aan contracten. Deze liquiditeitsproblemen zijn ontstaan door het geleidelijk uitputten van de reserves, het in een aantal gevallen afsluiten van contracten beneden kostprijs bij gebrek aan voldoende inzicht in de hoogte ervan en door gebrek aan werkkapitaal. Dat laatste wordt in toenemende mate veroorzaakt doordat steeds meer gemeenten verschakelen van subsidiëring of bevoorschotting vooraf naar betaling achteraf. De TAJ beveelt aan dat gemeenten en jeugdhulpaanbieders op korte termijn afspraken maken om het liquiditeitsvraagstuk aan te pakken.

De TAJ waarschuwt dat de combinatie van hoge uitvoeringslasten bij aanbieders en groeiende liquiditeitsproblemen op termijn kunnen leiden tot suboptimale beschikbaarheid en spreiding van (hoog)specialistische jeugdhulp, jeugdbescherming en jeugdreclassering. De verwachting is dat in het komende paar jaar ingrijpende veranderingen zullen optreden in de omvang en capaciteit van dit type jeugdhulp en in de spreiding over het land. Dit is mede het gevolg van strategische keuzen van individuele aanbieders om functies af te stoten en/of volume af te bouwen in relatie tot het inkoopgedrag van jeugdhulpregio’s en gemeenten. Zonder regie, zo benadrukt de TAJ, kan de beschikbaarheid en continuïteit van dit type essentiële functies van jeugdhulp onder zware druk komen te staan. (Boven)regionale samenwerking en onderbouwde prognoses inzake de minimaal noodzakelijke omvang en spreiding van capaciteit van dit type jeugdhulp is cruciaal.

De TAJ acht rust en stabiliteit in de contractering onmisbaar om de met de jeugdwet beoogde transformatie verder op gang te brengen. Géén — of slechts de hoogst noodzakelijke — wijzigingen in het stelsel, in combinatie met een duurzame relatie tussen gemeenten en aanbieders (meerjarige contracten, bestuurlijke dialoog voorafgaand aan aanbesteding, gericht op realiseren doelstellingen jeugdhulp) zijn randvoorwaardelijk om de omslag te maken in het jeugdbeleid: één gezin, één plan, één regisseur. Omdat tegelijk — ook financieel — voldoende ruimte nodig is voor gemeenten en aanbieders om te experimenteren en te innoveren en om nieuwe vormen van opdrachtgeverschap te exploreren, bepleit de TAJ een tijdelijke financiële stimulans om het transformatieproces te versnellen.

Delen

Reageer

*

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *