Beeld: Shutterstock
Het rijk dreigt de verbinding met gemeenten te verliezen. Dat stellen wethouders in een brandbrief aan minister van Binnenlandse Zaken Judith Uitermark, aldus Nu.nl. Volgens de wethouders neemt Den Haag steeds vaker een dominante positie in en worden gemeenten geconfronteerd met onuitvoerbaar beleid. De Wethoudersvereniging, waarbij ruim 1.100 wethouders zijn aangesloten, roept op tot betere samenwerking. De brief werd woensdag overhandigd aan de minister.
Een van de meest sprekende voorbeelden van het probleem is de spreidingswet. Deze wet, bedoeld om de opvang van asielzoekers evenredig over het land te verdelen, verplichtte gemeenten om plannen in te dienen. Volgens directeur Jeroen van Gool van de Wethoudersvereniging waren veel gemeenten al vergevorderd met hun plannen. Nu wil het kabinet de wet echter weer intrekken. Van Gool spreekt van een ‘onbetrouwbare overheid’. Gemeenten moesten inwoners overtuigen van de noodzaak van opvanglocaties, vaak tegen weerstand in. ‘En nu moeten wethouders ineens terug naar diezelfde inwoners om te zeggen dat het niet meer nodig is. Dat is funest voor het vertrouwen,’ aldus Van Gool tegen Nu.nl.
Gemeenten worden uitvoeringsloket
Het gebrek aan samenwerking tussen rijk en gemeenten beperkt zich niet tot de spreidingswet. Ook andere overheidsorganen, zoals de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) en enkele Commissarissen van de Koning, hebben kritiek op wat zij noemen ‘eenzijdige instructies’ vanuit Den Haag.
Volgens Van Gool zien veel wethouders hoe het rijk gemeenten steeds meer behandelt als uitvoeringsloketten, zonder oog te hebben voor de uitdagingen op lokaal niveau. De Wethoudersvereniging pleit voor betere betrokkenheid van lokale overheden bij het maken van beleid. Van Gool benadrukt dat de situatie nu zo ernstig is dat acties onder wethouders niet uitgesloten zijn. ‘De actiebereidheid is groot,’ waarschuwt hij.
Toenemende financiële druk: ‘ravijnjaar’ 2026
Naast het gebrek aan betrokkenheid speelt ook de financiële situatie een grote rol in de frustraties van gemeenten. Zo moeten gemeenten structureel bijpassen om aan de oplopende kosten voor jeugdzorg te voldoen. In 2022 kwam dat bedrag gezamenlijk uit op 628 miljoen euro. De verplichte zorgverlening dwingt gemeenten om te bezuinigen op andere voorzieningen, zoals zwembaden en onderhoud.
Daarbovenop dreigt in 2026 het zogenoemde ‘ravijnjaar’. Door een nieuw financieringssysteem krijgen gemeenten dat jaar aanzienlijk minder geld van het rijk. Hoewel er voor de jaren daarna extra middelen beschikbaar worden gesteld, voorziet Van Gool ernstige problemen in 2026. ‘We staan aan de vooravond van grote bezuinigingen die de samenleving raken,’ waarschuwt hij.
Oproep tot betere samenwerking
Ondanks de zorgen ziet Van Gool ook positieve punten. ‘Nederland wordt over het algemeen goed bestuurd. Dat komt mede doordat ons systeem goed is georganiseerd.’ Toch is een hernieuwde balans tussen rijk en gemeenten noodzakelijk. Met de brandbrief hopen wethouders de minister te overtuigen van de urgentie. ‘Gemeenten moeten niet alleen verantwoordelijkheden krijgen, maar ook de middelen en inspraak om die waar te maken,’ aldus Van Gool.