Nederland heeft bij de afgelopen verkiezingen gekozen voor verdeeldheid en uitsluiting. We zijn ondergedompeld in onderhuidse spanning en sociaal conflict. We hebben een samenleving gecreëerd waarin mensen bang zijn. Op hun hoede, maar toch ook echt bang. Alsof ieder moment de lont in dat kruitvat aangestoken kan. We kunnen een voorbeeld nemen aan Sierra Leone, zegt antropoloog Ginny Mooy. Daar gaat het ook niet vanzelf; het is daar geen sprookje. Toch hernieuwt het land zijn koers naar een cultuur van inclusiviteit en hoop.
De burgeroorlog was al 4 jaar geleden beëindigd toen ik in 2006 in Sierra Leone aankwam. Toch was de herinnering eraan nog altijd springlevend. Vanwege de schade aan de gebouwen, de nog altijd zichtbare aanwezigheid van de VN-vredesmissie, omdat de oorlog bij iedereen voor op de tong lag, maar vooral vanwege de spanning die er altijd in de lucht hing. Mensen waren bang. Op hun hoede, maar toch ook echt bang. Alsof ieder moment de lont in dat kruitvat weer aangestoken kon worden. Je kon het zelfs met je ogen dicht voelen, dat de mensen voortdurend op hun tenen liepen. Bang om een conflict uit te lokken, want conflicten gingen wel heel makkelijk van kwaad tot erger. Er waren in 11 jaar tijd minstens 72.000 doden gevallen in een burgeroorlog die nog altijd vaak beschreven wordt als een van de meest wrede oorlogen uit de moderne geschiedenis. Burgers stonden tegenover elkaar. Kinderen van amper 6 jaar oud vochten mee en pleegden de meest gruwelijke oorlogsmisdrijven. Niemand in Sierra Leone wilde zijn zwakke kant laten zien. Liep je per ongeluk tegen iemand op, dan kreeg je direct de volle laag. Het was een groot spierballenvertoon. Door de oorlog hadden mensen geleerd dat ze beter wel de eerste klap konden uitdelen en dan het liefst meteen een doodsklap ook.
Verdeel- en heerspolitiek
De burgeroorlog in Sierra Leone was – kort door de bocht – de uitkomst van de historische koloniale verdeel- en heerspolitiek van de Britten. Lokale stammen werden tegen wil en dank in een natie samengebracht en hadden niets te vertellen over de ontwikkeling van hun nieuwe land. Het ging zoals de Britten dat land in hun economisch voordeel het beste konden uitbuiten. Lokale leiders werden op hun corrupte neigingen geselecteerd en ingelijfd in het landsbestuur. Macht, privileges en bronnen werden langs persoonlijke loyaliteitsnetwerken verdeeld. Na de onafhankelijkheid leidde dit tot een autocratisch, paranoïde systeem en desolate armoede onder de gewone bevolking. Tijdens de burgeroorlog keerden de rebellen zich tegen de gevestigde orde en de oude elite, maar ook tegen burgers omdat die hen niet wilden steunen in hun revolutie. Uiteindelijk werd de oorlog een doel op zichzelf, omdat die macht gaf aan mensen die voorheen in armoede leefden. Het was ongelofelijk moeilijk om zo’n straatarm en uit elkaar gerukt volk vrede met elkaar te laten sluiten. Vrede sluiten is een ding. Als de oorzaken achter zo’n oorlog niet opgelost kunnen worden, is de vrede bewaren een nog grotere uitdaging. Het land kreeg daarom veel hulp bij de vredesopbouw. Er werd een programma voor Nationale Eenheid opgesteld. Vanwege de oorlog, maar ook vanwege de lage levensverwachting was de gemiddelde leeftijd er eigenlijk “piepjong”. Zestig procent van de bevolking was jonger dan 35 jaar. Het land moest zichzelf opnieuw uitvinden. Met hulp van de VN-vredesmissie en vele (internationale) NGOs, was alles erop gericht de bevolking bij elkaar te brengen. Het is geen sprookje en het verliep allemaal niet perfect, maar toch maakte de onderhuidse spanning in de loop der jaren steeds meer plaats voor een hoopvolle dynamiek. De bevolking wilde vooruit, naar een toekomst. En hoewel de wederopbouw vaak frustrerend traag verliep, was het onmiskenbaar opwindend om daarbij betrokken te zijn. Een positieve en stimulerende tijd. Omdat alle neuzen dezelfde kant op stonden. Omdat er behoefte was aan eenheid en er een wil was om bij elkaar te horen. Maar misschien vooral omdat echt íedereen zich bewust was van de allesbepalende, destructieve rol die de politiek altijd had gespeeld en omdat iedereen vastbesloten was om dat nooit meer te laten gebeuren.
*Dit is het eerste deel van een artikel uit PD 52: i-Samenleving
Lees hier verder
Tekst: Ginny Mooy
Beeld: Shutterstock