Het kabinet wil de mogelijkheden voor overheden een uitzondering te maken op de Wet markt en overheid inperken. Er komen betere regels voor overheden die concurreren met het bedrijfsleven. De gevolgen voor ondernemers van eventuele concurrentie worden zwaarder meegewogen. Ook krijgen ondernemers meer inspraak wanneer overheden in het algemeen belang een uitzondering op deze wet willen maken. Het kabinet werkt dit uit in een wetswijziging.
De huidige Wet markt en overheid bevat gedragsregels voor overheden die de markt betreden. Deze regels moeten zorgen voor gelijke verhoudingen wanneer een overheid concurreert met ondernemers. Eén van de gedragsregels is dat een overheid de marktactiviteit niet onder de kostprijs mag aanbieden. Als overheden in het algemeen belang een uitzondering op de wet maken, gelden de gedragsregels in de wet niet. Dit betekent onder meer dat een overheid een marktactiviteit beneden de kostprijs kan aanbieden. Bijvoorbeeld bij de exploitatie van jachthavens om het toerisme te promoten of de verhuur van een sporthal om de sportparticipatie te vergroten.
In opdracht van het ministerie van Economische Zaken heeft onderzoeksbureau Ecorys de Wet markt en overheid geëvalueerd. Hieruit blijkt dat overheden veel gebruikmaken van de mogelijkheid een uitzondering te maken op de wet door aan te geven dat een marktactiviteit in het algemeen belang is (de zogenoemde algemeen belanguitzondering). Tevens blijkt dat de motivering van overheden voor de uitzondering vaak onvoldoende is. Er wordt weinig aandacht besteed aan de nadelige effecten voor ondernemers. Bovendien worden zij niet goed betrokken wanneer een overheid de uitzondering op de wet wil toepassen.
De Wet markt en overheid is op 1 juli 2012 in werking getreden, met een overgangsperiode tot 1 juli 2014. De wet vervalt op 1 juli 2017 indien de wet niet wordt verlengd of aangepast. De aangekondigde wetswijziging wordt naar verwachting begin 2017 voor advies aan de Raad van State aangeboden.