De Rli pleit voor brede maatschappelijke discussie over te maken keuzes door overheden, bedrijven en burgers. Zulke discussies zijn normatief, aangezien technologie vaak nieuwe verdelingsvragen met zich meebrengt en bovendien kan leiden tot het verschuiven van waarden. Belangrijke vragen zijn: welke waarden zijn in het geding of mogen niet in het geding komen, welke wetten, regels of contracten moeten wel of niet worden aangepast, wat betekent nieuwe technologie voor hoe mensen met elkaar omgaan? Al deze aspecten beïnvloeden hoe technologie wordt ontwikkeld en toegepast, hoe partijen zich gedragen en hoe markten zich ontwikkelen. De raad illustreert dit met drie voorbeelden: de melkrobot, de zelfrijdende auto en decentrale energieopwekking met zonnepanelen.
Door aanpassing van de regelgeving wordt experimenteerruimte voor specifieke technologische aanpassingen vaak ad-hoc geregeld. De Rli geeft in overweging te komen tot een meer generieke wettelijke inbedding van dit soort experimenten. Met een uniforme juridische basis kunnen experimenten sneller en op een meer gestructureerde wijze worden uitgevoerd en geëvalueerd. Daarmee kan een gunstig klimaat voor technologische ontwikkeling ontstaan, waarbij rekening wordt gehouden met de betrokken publieke waarden en de betrokken partijen.
Op 21 maart aanstaande organiseert Publiek Denken een dialoogtafel over de maatschappelijke impact van technologische innovatie, getiteld: I-samenleving: de burger centraal. Voor meer informatie en aanmeldingen, klik hier.