Digitale ontwrichting staat op de agenda van bestuurders, maar verdient nog meer aandacht. Dat zegt Gerhard van den Top, burgemeester van Hilversum en portefeuillehouder digitale ontwrichting bij het Veiligheidsberaad. ‘De digitale wereld ontwikkelt zich razendsnel. Nederland is niet in de positie om rustig te gaan slapen op dit onderwerp.’
Eind 2020 wisten hackers de systemen van de gemeente Hof van Twente plat te leggen. De gemeente kon niet meer bij (vaak privacygevoelige) gegevens en veel informatie werd uiteindelijk vernietigd. Zo’n 2 jaar later vielen hackers een softwareleverancier van vijf Zuid-Limburgse gemeenten aan, met als gevolg dat systemen dagenlang niet te gebruiken waren en sommige dienstverlening niet kon plaatsvinden. Begin april van dit jaar lekte een Noord-Amerikaanse militair staatsgeheimen van het Pentagon in een online chatgroep, waarmee hij volgens deskundigen militairen en inlichtingenmedewerkers in gevaar bracht.
Corvee
De drie kwesties zijn alle vormen van digitale ontwrichting, die een grote bedreiging kan vormen voor de samenleving. De Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) definieert digitale ontwrichting als verstoringen van het maatschappelijk leven die samenhangen met een ernstige verstoring of uitval van digitale processen, als gevolg van de groeiende verwevenheid van de digitale met de fysieke wereld. Het kan daarbij gaan om cybercrime (zoals in Twente), maar ook om verstoringen die niet crimineel van aard zijn, zoals een falend systeem dat de bagagebanden van een vliegveld stillegt.
*Dit is het eerste deel van een artikel uit Publiek Denken 42: Openbare orde en veiligheid. Lees hier verder