Hoewel de gemeenteraad volgens de wet de baas is, is er toch regelmatig frictie met het stadhuis. Het is zaak dat raden koers kiezen en zich vooral niet laten afbluffen. Dat zegt Hanneke Willemstein, voorzitter van de Nederlandse Vereniging voor Raadsleden, in VNG Magazine.
De afgelopen weken was er geregeld debat over de rol en het functioneren van de gemeenteraden, bijvoorbeeld over de opvang van asielzoekers en vluchtelingen. Raadsleden blijken vaak onvoldoende grip te hebben op de koers van de gemeente, menen experts. Willemstein erkent dat er een kloof is tussen hoe het op papier geregeld is en de praktijk. ‘Het college van burgemeesters en wethouders heeft een te dikke vinger in de pap […]. Veel raadsleden realiseren zich niet dat zij de baas zijn.’ Uit ‘een soort ontzag’ volgen ze de koers van het college, meent Willemstein.
Dat ligt voor een deel aan de raadsleden zelf, die hun positie als lid van het hoogste orgaan niet altijd serieus nemen, zegt Willemstein. Zij laten zich soms door het college aftroeven wanneer een wethouder zegt ‘dat de raad er niet over gaat’. Maar je mag ook verwachten dat raadsleden goed ondersteund worden, zegt Willemstein. ‘Het is lekenbestuur. Niemand is beroepsmatig bezig met het raadslidmaatschap. Maar als je dat lekenbestuur wilt koesteren, moet je mensen wel ondersteunen zodat ze zich ook realiseren dat ze het hoogste bestuursorgaan zijn.’
Op vrijdag 23 september organiseert de Nederlandse Vereniging voor Raadsleden de Dag voor de Raad. Het thema van dit jaar is ‘Hoe krijgt de raad gezag?’ Wil je bij de Dag voor de Raad aanwezig zijn en meer weten over het programma? Meld je dan hier aan.