Een gekke kruistocht tegen maatwerk

Pfoe, nu is opeens het maatwerk het kind van de rekening. En het zijn niet de minsten die de oorlog verklaard lijken te hebben tegen maatwerk door professionals. Ombudsman Reinier van Zutphen, oprichter van het Instituut voor Publieke Waarden Albert Jan Kruiter en hoogleraar bestuurskunde Paul Frissen laten zich allemaal in scherpe bewoordingen uit tegen dat maatwerk.

Teneur van hun verhalen is dat maatwerk geen lapmiddel mag zijn voor slecht beleid. En dat van maatwerk eigenlijk alleen maar een oncontroleerbare willekeur van ambtenaren komt. Een behoorlijk somber beeld over zowel beleidsmakers als over uitvoerders. Want natuurlijk klopt het dat in de ideale wereld maatwerk overbodig zou zijn. Dat al het beleid dat geschreven wordt volledig to the point is, volledig toekomstbestendig is, en dat alle uitvoerders een volledig beeld hebben van de opties die er mogelijk zijn en rekening kunnen houden met alle variabelen van de inwoners, bedrijven en maatschappelijke organisaties die te maken krijgen met de overheid.

Welkom in de werkelijkheid
Maar iedereen die zelf wel eens een richtlijn of een beleidsstuk heeft geschreven, zelfs als bestuurder van de plaatselijke tennisvereniging, weet dat de werkelijkheid behoorlijk weerbarstig is. Beleidsmakers kunnen niet anders dan vervallen in de, voor bestuurskundigen maar al te bekende, beleidsparadox. Een paradox die in elk wetenschappelijk onderzoek voorkomt. Bij het maken van een regel verval je, als de situatie ook maar enige complexiteit heeft, in een situatie waarbij je óf mensen die je recht wil laten hebben op iets per ongeluk uitsluit. Óf mensen die eigenlijk geen recht hebben op iets per abuis insluit.

Het grootste deel van de tijd zijn het zelfs regels die zowel mensen ten onrechte in- en uitsluiten.

Natuurlijk is er geen beleidsmaker die dat fijn vindt. Je maakt het liefst regels die volledig passend zijn op de werkelijkheid. En die volledig passend zijn bij dat wat je beoogt. Maar realiteit is dat het voorkomen van de ene fout zo goed als automatisch ten koste gaat van het voorkomen van de andere fout. Zeker als je rekening wilt houden met onvoorziene omstandigheden of coulance wilt hebben met mensen die buiten hun eigen schuld in een lastige situatie terecht gekomen zijn. Maatwerk kan dus juist een manier zijn om ongelijkheid te bestrijden, door rekening te houden met de unieke situaties en behoeften van individuen en groepen. Bovendien kan het een manier zijn om te zorgen dat iedereen de hulp krijgt die hij of zij nodig heeft, in plaats van iedereen dezelfde hulp te geven ongeacht of het werkt of niet.

Geen ‘easy fix’
Hoe frustrerend dus ook, de kruistocht tegen maatwerk lost helemaal niks op. Sterker nog, die legt een onrealistische druk op het maken van ‘goed’ beleid. En insinueert bovendien dat het leveren van maatwerk het gevolg is van tekortschietend beleid. Dat doet geen recht aan de complexiteit van het maken van goede regels en goed beleid. Bovendien doet het afbreuk aan het prachtige pleidooi in verschillende WRR-rapporten om juist de professionals meer ruimte te geven om mee te bewegen met de maatschappij. En hen bovendien juist niet te veel met regels, en de administratieve druk die daarbij hoort, te belasten. Het vertrouwen van de overheid in de ‘burgers’ en dat van de inwoners in de overheid zou daar juist alleen maar van toenemen.

Bovendien kan maatwerk ook helpen bij het identificeren van onderliggende problemen die leiden tot slecht beleid. Door specifieke problemen van individuele gevallen te analyseren, kunnen structurele oorzaken van slecht beleid worden aangepakt.

Unieke omstandigheden
Maatwerk wordt vaak beschouwd als een oplossing voor specifieke problemen of situaties waar standaardbenaderingen niet werken. Veel mensen geloven dat maatwerk alleen nodig is wanneer beleid slecht is. Maar is dat echt zo?

In werkelijkheid is maatwerk juist een belangrijk hulpmiddel bij goed beleid. Het helpt om rekening te houden met de unieke omstandigheden en behoeften van individuen en groepen. Dit kan leiden tot effectievere en efficiëntere oplossingen.

Bovendien kan maatwerk helpen om de impact van slecht beleid te verminderen. Door specifieke problemen aan te pakken en aan te passen aan de individuele situaties, kan maatwerk de negatieve gevolgen van slecht beleid minimaliseren.

Het is ook belangrijk om te realiseren dat maatwerk niet alleen betekent dat alles voor iedereen op maat gemaakt moet worden. Het kan ook betekenen dat er meerdere standaardbenaderingen zijn die kunnen worden toegepast op verschillende groepen of situaties.

Kortom, maatwerk is geen antwoord op slecht beleid, maar een belangrijk hulpmiddel bij het creëren van effectief en efficiënt beleid. Het helpt om rekening te houden met de unieke situaties en behoeften van individuen en groepen, en kan de negatieve gevolgen van slecht beleid minimaliseren.

Halfvol of halfleeg
Je kunt maatwerk zien als falen van beleid. Of als opmaat voor willekeur. Maar je kunt het ook zien als het terugbrengen van de menselijke maat. Het geven van vertrouwen aan de professionals op straat- en buurtniveau. Als je alleen kijkt naar de negatieve kanten van het bieden van een op maat gemaakte oplossing, zie je ook vooral de tekorten ervan. Als je echter durft te vertrouwen (en actief stuurt) op een lerende overheid, die oog heeft voor zowel de ten onrechte insluiting (type 1 fouten) als de ten onrechte uitsluiting (type 2 fouten). Die begrip toont voor bijzondere gevallen én die de problemen in de uitvoering bewust meeneemt in het verbeteren van beleid en regels. Daardoor maak je van maatwerk een leermiddel in plaats van een lapmiddel.

Zeker als je weet dat het maken van foutloos en goed beleid, zoals hierboven kort uitgelegd, nagenoeg niet kan, zie ik het glas liever als halfvol. Met als bijvangst dat positieve teksten over de overheid, juist van gezaghebbende hoogleraren en functionarissen, de opwaartse spiraal van vertrouwen en goed gedrag steunen. En het gebruiken van de negatieve stijlvormen eerder het omgekeerde bewerkstelligt.

Dan kies ik liever voor de opwaartse spiraal. Effectiever en nog leuker ook.

Delen

Reageer

*

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *

  1. Volstrekt juist verhaal. Zéker ruimtelijk beleid is ALTIJD een generiek vehikel, dat onmogelijk recht kan doen aan iedere situatie. Maatwerk maakt het ‘pasmaken’ van het generieke confectie-systeem op een individuele plek of situatie mogelijk. Dat maatwerk zal uiteraard binnen de bedoeling van de wet of van hoger (en dus generaler) beleid moeten passen. Net zoals een maatpak nóg beter past dan een confectiepak, en toch aan de regels van het ambacht voldoet. In onze kleine gemeente maken we er een sport van: dat is vanuit het oogpunt van ‘gelijke monniken, gelijke kappen’ soms wel een uitdaging, maar niet onmogelijk. Goed in het oog houden wat het grotere doel is en de verschillende disciplines, vakgebieden en belangen in de gaten houden blijkt in de weerbarstige praktijk al aardig te werken.